,,Ik denk dat we dit seizoen gaan verrassen’’
Als trainer was de omgeving Utrecht en daarna de regio Rotterdam zijn werkgebied. Cesco Agterberg sprak toen al uit dat hij ooit trainer zou willen zijn op de Veluwe, in de ‘oude hoofdklasse C’. Na zijn verhuizing van Werkhoven naar Apeldoorn komt het er van: de oefenmeester (44) zwaait de komende twee seizoenen de scepter bij SDC Putten.
Cesco Agterberg is ‘pas’ 44 jaar, maar heeft een indrukwekkende staat van dienst als trainer in het amateurvoetbal. Hij behaalde liefst zeven promoties – vijf kampioenschappen, twee keer via de nacompetitie – bij Sportclub Woerden, Alphense Boys, Sportlust’46, Excelsior Maassluis, Sportclub Feyenoord en afgelopen seizoen ASWH, dat hij afleverde in de tweede divisie.
Agterberg groeide op in de regio Utrecht. Zijn spelerscarrière duurde kort – na de jeugd van UVV en FC Utrecht speelde de centrale verdediger annex rechtsback bij UVV in de hoofdklasse zondag. Voor het Cios vertrok hij naar Amerika, maar moest op zijn 23e door blessures aan zijn enkelbanden een punt zetten achter zijn actieve loopbaan. ,,Ik ben niet iemand van de recreatie en op mijn 23e trainde ik al een eerste elftal – dat van Sportclub Woerden. Ik heb altijd in de regio Utrecht en Rotterdam gewerkt. Tot nu toe heb ik het prima naar mijn zin als ik iets kan opbouwen. Dat vind ik leuk en daar kies ik deze clubs een beetje op uit. Meestal zijn ze niet de topfavoriet, maar ik moet wel de potentie zien om iets neer te zetten. Zo kwamen we met Maassluis in de topklasse. Bij ASWH nam ik het in februari 2017 over toen Jack van den Berg naar Katwijk ging. Zelf was ik na vijf maanden gestopt bij DHSC. Bij ASWH moesten veertien nieuwe spelers worden ingepast en de club ging terug in budget. Ik heb oog voor het inpassen van jonge spelers. ASWH speelde met vijf 19-jarigen in de derde divisie en die jongens hebben zich erg ontwikkeld. Daar kan ik van genieten en dat is misschien nog mooier dan het promoveren naar de tweede divisie.’’
Tekst gaat verder onder de foto
Nomade
Agterberg, die drie jaar in Werkhoven (een dorpje bij Utrecht) en drie jaar in Houten woonde, en daarvoor in elf jaar in Amsterdam, drie jaar Rotterdam en twee jaar Amerika, is sinds mei met zijn vrouw en twee kinderen van vijf en zes jaar neergestreken in Apeldoorn. ,,Ik ben mijn hele leven gewend om te reizen en wat dat betreft een nomade. Dit is weer een nieuwe fase in ons leven. De kinderen kunnen hier goed naar school en in deze omgeving wonen familie en vrienden. Zelf zou ik een voetbalbedrijfje overnemen dat buitenlandse profclubs voor trainingskampen naar Nederland haalt. Dat overdag doen leek me een geweldige combinatie met ’s avonds op het trainingsveld staan. Maar qua inkomen had ik mijn twijfels – het is een tricky business – en door dat mindere gevoel ging het niet door en dat was een streep door de rekening. Ik kom uit de zakelijke dienstverlening en werk nu in Houten bij een leasemaatschappij, waar ik het erg maar mijn zin heb.’’
Sleeping giant
Als trainer is SDC Putten de volgende halte en die stap mag opmerkelijk worden genoemd. ,,Twee mensen tipten mij dat de club vrij kwam. Ik heb toen Marten van Wilgenburg gebeld die er over ging en verteld van mijn verhuizing. Zij waren al bezig en ik zeilde tussen de procedure door. We zijn in december gaan praten en vanaf dag één was er een klik. Ik had een goed gevoel en zij blijkbaar ook. Ze hebben moeite gedaan en laten blijken dat ze mij heel graag wilden. Dat vond ik heel belangrijk.’’
Als Utrechter hield Agterberg de regio in de gaten en daarmee ook SDC Putten. ,,IJsselmeervogels, Spakenburg, DOVO en GVVV krijgen veel aandacht en in de luwte heb je nog twee clubs; Sparta Nijkerk en SDC Putten. Met Sportlust’46 speelden wij in 2012 in de oude hoofdklasse A ook tegen SDC Putten. Jan Boes was toen de trainer en het oude complex kan ik me ook nog goed herinneren. Het is een mooie club en zeker met het nieuwe complex denk ik dat ze nog veel meer kunnen. Ik noem dat een sleeping giant waar je wat kunt neerzetten. Ik zie de potentie om naar de top van de hoofdklasse te gaan. Ik denk erg in teamprocessen en SDC Putten heeft een hecht collectief. Er gaan maar drie spelers in en drie spelers uit. Dat zijn pluspunten, maar er kleven ook gevaren aan. Minder kritisch zijn kan een valkuil zijn. Ik ben een ‘mensen mens’ en vond de sfeer altijd erg prettig als ik bij clubs in het oosten kwam. Ik heb altijd gezegd dat ik nog eens in de ‘oude hoofdklasse C’ wilde werken. Het is hier zoveel gemoedelijker, aardiger en vriendelijker. De mentaliteit in het westen is iets anders. Ik eis wel het maximale van spelers. Ik maak mensen bewust dat er dan veel mogelijk is, ook al ben je niet de favoriet. Dat doe ik door een spiegel voor te houden. Ik heb er een broertje dood aan als je 100 procent talent hebt en daar maar 70 procent van aanspreekt. Dat irriteert me en dat vind ik doodzonde.’’
Tekst gaat verder onder de foto
Vol passie
Ik ken mezelf en praat niet graag over mezelf. Maar als je mijn cv ziet, kan het geen geluk zijn dat ik zeven keer gepromoveerd ben. Mijn stijl is teams vol passie laten spelen. Daarin zie je terug wat ik eis. Ik zie het als een tweejarenplan. We moeten meer halen dan vorig jaar en rond plek vijf eindigen. Dat is een voorzichtige tussenstap. Dan weten we wat we tekort komen voor de top en door dat toe te voegen, moeten we het tweede jaar wel aan de top spelen. Zo is het naar elkaar uitgesproken en dat vind ik een reëel doel. Er gaat wel wat veranderen en ik denk dat we dit seizoen al gaan verrassen.’’
Artikel verschenen in presentatiegids SDC Putten seizoen 2019-2020
Bron: